De brief van de apostel Judas

Vers bij vers studie/commentaar

door

J.W.Weeda

Inleiding

Deze brief van de apostel Judas in de tweede plaats was geschreven aan 

Joodse gelovigen in Christus. Besnedenen! Judas was de broer van de

apostel Jakobus en zij waren (half)broers van de Heere Jezus Christus. Zij maakten

geen deel uit van de 12 apostelen maar waren apostelen in de tweede plaats. Hun bediening was alleen tot de Joden. Zie hoofdstuk 2 van Galaten. Deze brief is dus echt gericht tot de besnedenen en dit kan men ook lezen als men de brief leest. 

------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

Judas vers 1

Judas, een dienstknecht van Jezus Christus, en broeder van Jakobus, aan de geroepenen, die door God den Vader geheiligd zijn, en door Jezus Christus bewaard:

Vers 1: Judas een dienstknecht van Jezus Christus. Judas en Jakobus waren dus broers en hadden Jozef en Maria als ouders. Zij waren dus de halfbroers van de Heere Jezus Christus. In eerste instantie geloofden deze broers helemaal niet in de Heere Jezus Christus. Later na Christus opstanding kwamen zij pas tot geloof in Hem en Judas net als Jakobus en Petrus schrijft deze brief aan de Joden die gelovig zijn in Christus (in Jeruzalem) en andere plaatsen in de toenmalige wereld. Deze waren geroepen door God door Jezus Christus en ook geheiligd dus apart gezet en in Jezus Christus bewaard. Wij als gelovigen nu onder de bedeling van Gods Genade Efeze 3:1-3 zijn ook geheiligd en wij zijn in Jezus Christus. In Kolossensen 3 vers 3 staat geschreven: Want gij zijt gestorven, en uw leven is met Christus verborgen in God.

Judas vers 2

Barmhartigheid, en vrede, en liefde zij u vermenigvuldigd.

Vers 2: Barmhartigheid. Wat is de betekenis hiervan? Goedheid. Alleen God is barmhartig. De mens van nature niet. Vrede komt ook van God en niet van mensen en de liefde die hier bedoeld wordt is de liefde van God. In I Korinthe 13 vers 4 lezen we wat de liefde van God inhoudt: De liefde is lankmoedig, zij is goedertieren; de liefde is niet afgunstig, de liefde handelt niet lichtvaardiglijk , zij is niet opgeblazen. Zij handelt niet ongeschiktelijk, zij zoekt zichzelve niet, zij wordt niet verbitterd, zij denkt geen kwaad.  Dus barmhartigheid en vrede en liefde van God was en is ook aan deze gelovige Joden in Christus vermenigvuldigd. Dus niet een keer maar meerdere keren als een!

Judas vers 3

Geliefden, alzo ik alle naarstigheid doe om u te schrijven van de gemene zaligheid, zo heb ik noodzaak gehad aan u te schrijven en u te vermanen, dat gij strijdt voor het geloof, dat eenmaal den heiligen overgeleverd is.

Vers 3: Judas noemt hen, de mensen waartoe hij schrijft, de gelovige Joden in Christus geliefden. Ze zijn geliefd ten eerste door God net zoals wij broeders en zusters , die leden van het Lichaam van Christus zijn lees I Korinthe 12:27! Judas schrijft hier dat hij zich inspant om hen te schrijven van de gemene zaligheid. Dezelfde zaligheid in Christus die hij had en ook zij. Niet alleen schreef Judas hen maar hij vermaant hen ook hier in dit vers. Vermanen betekent aansporen tot beter. Hij vermaande hen dat zij bleven strijden voor het geloof. Want de mensen, deze gelovige Joden in de toekomst behoren te strijden tot het einde voor het geloof. Namelijk tegen de verleiding en kwade voorbeelden der goddeloze spotters, om door hen niet overwonnen en verleid te worden tot afval of goddeloosheid. De heilige mensen, aparte mensen zullen in de toekomst na de opname van de Gemeente, het Lichaam van Christus, moeten strijden in het geloof tot het einde. 

Judas vers 4

Want er zijn sommige mensen ingeslopen, die eertijds tot ditzelfde oordeel te voren opgeschreven zijn, goddelozen, die de genade onzes Gods veranderen in ontuchtigheid, en den enigen Heerser, God, en onzen Heere Jezus Christus verloochenen.

Vers 4: Judas heeft het hier in dit vers over de ongelovigen. Mensen die goddeloos zijn. Zij waren heimelijk en zij waren ook bedriegers. Deze mensen waren tussen deze gelovige Joden gekomen. Het lijkt dat ze ook gelovigen zijn Christus maar deze mensen bedriegen andere gelovigen met hun wandel want zij veranderen de genade van God. Wat betekent dit eigenlijk?  In het Grieks staat er verzetten, overstellen; dat is, misbruiken om daarop vrijer te zondigen en alle ontucht te bedrijven. Daarbij verloochenen zij ook God als enige Heerser en de Heere Jezus Christus. Zij geloven niet in Hem. In 2 Petrus 2 vers 1 staat geschreven:En er zijn ook valse profeten onder het volk geweest, gelijk ook onder u valse leraars zijn zullen, die verderfelijke ketterijen bedektelijk invoeren zullen, ook den Heere, Die hen gekocht heeft, verloochenende, en een haastig verderf over zichzelven brengende. Dit bedoelt ook Judas in dit vers dat dit valse leraars zijn en niet alleen valse leringen maar ook ontucht plegen. 

Judas vers 5

Maar ik wil u indachtig maken, als die dit eenmaal weet, dat de Heere, het volk uit Egypteland verlost hebbende, wederom degenen, die niet geloofden, verdorven heeft.

Vers 5: Judas bracht deze gelovige Joden in gedachtenis dat de Heere het volk Israel uit Egypteland verlost heeft. Hun voorvaders werden door God bevrijd van het slavenjuk die zij hadden in Egypte onder Farao. Onder leiding van Moses en Aaron die God had aangewezen als leiders van het volk werd het volk uit Egypte geleid. Dit op zich was een wonder. Bevrijd van slavernij. Een heenwijzing naar Christus die ons eeuwig heeft bevrijd van de slavernij der zonde  Kolossensen 1:13:Die ons getrokken heeft uit de macht der duisternis, en overgezet heeft in het Koninkrijk van den Zoon Zijner liefde. Zo zijn wij bevrijd mijn broeders en zusters in onze Heere Jezus Christus! Zij, het volk Israel werd bevrijd van het goddeloze Egypte op spectualaire wijze! Zij werden behouden doordat ze Mozes achterna gingen in de Schelfzee die droog was "de doop in Mozes". Er waren echter onder het volk Israel ook mensen die niet geloofden. Ze geloofden niet dat ze het land Kanaan in konden nemen en vertrouwden niet op God en God heeft hen verderft. Dat is, omgebracht heeft in de woestijn ; welke tijdelijke straf een afbeelding was van de eeuwige; Hebreen 3 vers 17-19: Over welke nu is Hij vertoornd geweest veertig jaren? Was het niet over degenen, die gezondigd hadden, welker lichamen gevallen zijn in de woestijn?  En welken heeft Hij gezworen, dat zij in Zijn rust niet zouden ingaan, anders dan dengenen, die ongehoorzaam geweest waren?  En wij zien, dat zij niet hebben kunnen ingaan vanwege hun ongeloof.

Judas vers 6

En de engelen, die hun beginsel niet bewaard hebben, maar hun eigen woonstede verlaten hebben, heeft Hij tot het oordeel des groten dags met eeuwige banden onder de duisternis bewaard.

Vers 6: Judas schrijft hier over het oordeel van God over de engelen die God niet gehoorzaam geweest zijn. Wat betekent beginsel hier? In het Engels staat er their first estate. Dit betekent dat zij hun eerste staat, waarin zij naar Gods evenbeeld geschapen en in de hemelse gelukzaligheid met de goede engelen gesteld waren. In Johannes 8 vers 44 lezen wij het volgende: Gij zijt uit den vader den duivel, en wilt de begeerten uws vaders doen; die was een mensenmoorder van den beginne, en is in de waarheid niet staande gebleven; want geen waarheid is in hem. Wanneer hij de leugen spreekt, zo spreekt hij uit zijn eigen; want hij is een leugenaar, en de vader derzelve leugen. De Heere Jezus Christus zei dit tot de Joden als je leest in de context. Verder betekent het woord "estate"  oorsprong of heerschappij. Want het Griekse woord betekent alle drie.

Hun eigen woonstede: Dat is, den hemel,de plaats der gelukzaligheid, waar de goede engelen hun woonplaats nog hebben. In Mattheus 24 vers 36 lezen wij: Doch van dien dag en die ure weet niemand, ook niet de engelen der hemelen, dan Mijn Vader alleen.Welke dag wordt hier gesproken? De grote dag, de dag des Heeren. In Markus 12 vers 25 en Lukas 2 vers 25 lezen wij ook over de engelen van de hemel Deze afvallige engelen waarvan hier gesproken wordt zijn rechtvaardig verstoten door God uit de hemel: hun oorspronkelijke woonplaats. Met eeuwige banden onder de duisternis bewaard. Wat betekenen deze woorden? Het antwoord lezen wij in 2 Petrus 2 vers 4 waar staat geschreven het volgende: Want indien God de engelen, die gezondigd hebben, niet gespaard heeft, maar, die in de hel geworpen hebbende, overgegeven heeft aan de ketenen der duisternis, om tot het oordeel bewaard te worden. God heeft deze engelen overgegeven aan de ketenen, eeuwige banden der duisternis en zij worden bewaard tot het oordeel van God! Wanneer zal dit zijn? Het antwoord hierop kunnen wij lezen in Openbaring 20 vers 10: En de duivel, die hen verleidde, werd geworpen in den poel des vuurs en sulfers, alwaar het beest en de valse profeet zijn; en zij zullen gepijnigd worden dag en nacht in alle eeuwigheid. Deze gevallen engelen tesamen met de duivel en het beest en de valse profeet zullen daar gepijnigd worden dag en nacht in alle eeuwigheid. 

Judas vers 7

Gelijk Sodoma en Gomorra, en de steden rondom dezelve, die op gelijke wijze als deze gehoereerd hebben, en ander vlees zijn nagegaan, tot een voorbeeld voorgesteld zijn, dragende de straf des eeuwigen vuurs.

Vers 7: De engelen die hun oorsprong en heerschappij verlaten hebben dus afvallig zijn geworden zullen het zelfde lot ondergaan als Sodom en Gomorra. Dit zegt God door Judas tot de Joden die gelovig zijn in Christus. Deze steden Sodoma en Gomorra tesamen met  Adama en Zeboim worden genoemd in Deuteronomium 29 vers 23 lezen wij : Dat zijn ganse aarde zij zwavel en zout der verbranding; die niet bezaaid zal zijn, en geen spruit zal voortgebracht hebben, noch enig kruid daarin zal opgekomen zijn; gelijk de omkering van Sodom en Gomorra, Adama en Zeboim, die de HEERE heeft omgekeerd in Zijn toorn en in Zijn grimmigheid. Adama waar was deze plaats? Antwoord: Adama of Admah was een plaats gelegen in de Siddimvallei, in de buurt van Sodom en Gomorra. En Zeboim waar hier over gesproken wordt in Deuteronium 29 vers 23? Sodom en Gomorra waren volgens Genesis 18-19 twee steden, die lagen in de waterrijke Jordaanvallei en behoorden tot een pentapolis (een verbond van vijf steden), samen met de steden Adama, Zeboïm en Bela. In Genesis 14 vers 2 t/m 17 kunnen wij lezen over deze 5 steden en over de oorlog die zij voerden. De inwoners van deze steden hebben gehoereerd. En zij zijn ook ander vlees nagegaan. In Romeinen 1 vers 23-27 lezen wij het volgende: En hebben de heerlijkheid des onverderfelijken Gods veranderd in de gelijkenis eens beelds van een verderfelijk mens, en van gevogelte, en van viervoetige en kruipende gedierten. Daarom heeft God hen ook overgegeven in de begeerlijkheden hunner harten tot onreinigheid, om hun lichamen onder elkander te onteren;  Als die de waarheid Gods veranderd hebben in de leugen, en het schepsel geëerd en gediend hebben boven den Schepper, Die te prijzen is in der eeuwigheid, amen.  Daarom heeft God hen overgegeven tot oneerlijke bewegingen; want ook hun vrouwen hebben het natuurlijk gebruik veranderd in het gebruik tegen nature; En insgelijks ook de mannen, nalatende het natuurlijk gebruik der vrouw, zijn verhit geworden in hun lust tegen elkander, mannen met mannen schandelijkheid bedrijvende, en de vergelding van hun dwaling, die daartoe behoorde, in zichzelven ontvangende.  Deze engelen waarvan hier gesproken wordt zullen de straf van het eeuwige vuur (zwavel) dragen! In Mattheus 25 vers 42 lezen wij hier ook over:  Dan zal Hij zeggen ook tot degenen, die ter linker hand zijn: Gaat weg van Mij, gij vervloekten, in het eeuwige vuur, hetwelk den duivel en zijn engelen bereid is.

Judas vers 8

Desgelijks evenwel ook dezen, in slaap gebracht zijnde, verontreinigen het vlees, en verwerpen de heerschappij, en lasteren de heerlijkheden.

Vers 8: We lezen hier over dezen. Wie zijn die dezen? Als we in de context lezen dan lezen wij over ongelovigen, goddelozen die hoereren en ontucht plegen. Zij verontreinigen hun vlees. Het betekent ook dat deze mensen ook door deze hoererijen en ontucht ziek kunnen worden. Zij verwerpen ook de de heerschappij van God en lasteren zijn heerlijkheid. Zij lasteren Hem. Zij zijn ook in slaap gebracht. Door wie? Door de tegenstander van God, de satan die hen doet slapen. Die slapen slapen des nachts en wie dronken zijn zijn des nachts dronken zegt de apostel Paulus in zijn brieven aan ons. Dit betekent dat deze mensen in de duisternis zijn. Dit gebeurt nu ook mijn broeders en zusters in onze Heere Jezus Christus onder deze Bedeling van Gods Genade. Lees Romeinen 3!  Dit was ook toen Judas de brief aan hen schreef aan de orde en dit zal ook zijn wanneer de gelovige Joden in de toekomst leven  net voor de dag des Heeren. 

Judas vers 9

 Maar Michaël, de archangel, toen hij met den duivel twistte, en handelde van het lichaam van Mozes, durfde geen oordeel van lastering tegen hem voortbrengen, maar zeide: De Heere bestraffe u!

Vers 9 Wie is Michael? Antwoord: Dit is de eigennaam van den aartsengel ,die ook gevonden wordt o.a. in Daniel 10 ver 13 en Daniel 12 vers 1 en Openbaring 12 ver 7 (lees deze verzen!) en is zoveel te zeggen alswieisgelijk God.Welke naam ook den HeereJezus Christuswel kan toegeschreven worden; maar hij wordt ook in I Thessalonicenzen 4 vers 16 uitdrukkelijk van den archangel onderscheiden. Michael is de overste engel of een van de overste engelen die God dient. De twist die Michael met de duivel had over het lichaam van Mozes wordt niet beschreven in het Oude Testament of in de profetie maar hier lezen wij hierover. Michael kon niet anders zeggen tegen de duivel dat de Heere hem (dat is de duivel) bestraffen hetgeen ook later zal gaan gebeuren. Het oordeel is aan God en niet aan een engel of mens! 

Judas vers 10

Maar dezen, hetgeen zij niet weten, dat lasteren zij; en hetgeen zij natuurlijk, als de onredelijke dieren, weten, in hetzelve verderven zij zich.

Vers 10: Maar dezen. Wie zijn weer die dezen? Als we weer in de context lezen gaat het over de ongelovigen, de goddelozen die insluipen tussen de gelovige Joden in Christus. Zij lasteren God hun Schepper maar weten dit niet door de onwetendheid die in hen is omdat zij Gods Geest niet hebben. In Romeinen 1 vers 21 t/m 25 hebben we soortgelijke teksten:  Omdat zij, God kennende, Hem als God niet hebben verheerlijkt of gedankt; maar zijn verijdeld geworden in hun overleggingen en hun onverstandig hart is verduisterd geworden;  Zich uitgevende voor wijzen, zijn zij dwaas geworden;  En hebben de heerlijkheid des onverderfelijken Gods veranderd in de gelijkenis eens beelds van een verderfelijk mens, en van gevogelte, en van viervoetige en kruipende gedierten.  Daarom heeft God hen ook overgegeven in de begeerlijkheden hunner harten tot onreinigheid, om hun lichamen onder elkander te onteren; Als die de waarheid Gods veranderd hebben in de leugen, en het schepsel geëerd en gediend hebben boven den Schepper, Die te prijzen is in der eeuwigheid, amen. Hetgeen zij natuurlijk dit is van nature. Als onredelijke dieren weten. Deze ongelovige mensen worden vergeleken met dieren die onredelijk zijn door de zondige natuur die in hen heerst. Verderven: Namelijk doordien zij die dingen met overdaad en ontuchtigheid misbruiken. Daardoor bederven zij hun lichaam en ziel. Dus niet alleen hun lichaam maar ook hun ziel wordt bedorven: voor eeuwig verloren en later voor eeuwig gescheiden van God. 

Judas vers 11

Wee hun, want zij zijn den weg van Kaïn ingegaan, en door de verleiding van het loon van Balaäm zijn zij henengestort, en zijn door de tegenspreking van Korach vergaan.

Vers 11: Wee hun want zij zijn de weg van Kain ingegaan. Wat betekent dit? Dit betekent dat zij het voorbeeld van Kain hebben gevolgd. Ten eerste onverschillig zijn t.o.v. andere mensen, geen verantwoordelijkheid nemen en andere mensen haten zoals Kain ook deed en zijn broeder vermoordde. Dit zal ook in de toekomst gebeuren in de Grote Verdrukking maar ook nu onder deze bedeling van Gods Genade waaronder wij nu leven Efeze 3:1-3 worden elk jaar in de wereld honderdduizenden mensen vermoord. Dit komt doordat mensen wat hier beschreven staat, deze weg van Kain volgen.  Door de verleiding van het loon van Balaam zijn zij heengestort. Wie is Balaam? Balaam is Bileam wordt hierbij genoemd als voorbeeld van tegenstanders van God die zich voor geld overgeven aan bedrog. Voor geld doen deze ongelovigen alles want de zucht naar geld is het kwaad in hen. Door de tegenspreking van Korach vergaan ze. Worden ze gedood of gaan ze dood net als Korach en degenen die Mozes en Aaron tegenspraken. Wie was Korach? Hij, Korach  betwistte het gezag van Mozes en Aäron en steunde daarbij op drie mannen van de stam van Ruben, Datan en Abiram en On. Nog 250 andere vooraanstaande Israëlieten sloten zich bij hen aan.

Mozes organiseerde een soort Godsgericht om te tonen wie de steun van God had. Hij liet de opstandelingen en Aäron de volgende morgen samenkomen voor het aangezicht des Heeren elk met hun wierookvaten. De opstandelingen worden met vrouw en kinderen, have en goed door de aarde opgeslokt en de 250 aanhangers werden door een hemels vuur vernietigd. In heel Numeri hoofdstuk 16 lees je over dit gebeuren. Dus de ongelovigen wacht hetzelfde lot hier. Onder deze bedeling van Genade kunnen ongelovige mensen nog een keuze maken want nu is het dag van behoudenis 2 Korinthe 6 vers 2: Want Hij zegt: In den aangenamen tijd heb Ik u verhoord, en in den dag der zaligheid heb Ik u geholpen. Ziet, nu is het de welaangename tijd, ziet, nu is het de dag der zaligheid!Die zaligheid, behoudenis kunt u nu ontvangen als u gelooft in de Heere Jezus Christus als uw Verlosser. Geloof dat Hij stierf voor uw zonden aan het kruis. Dat Hij uw zonden op Zich nam aan het kruis en is begraven en dat Hij is opgestaan en dat Hij leeft en wil dat u eeuwig leven zal hebben in Hem. Kies voor de Heere Jezus Christus. Geloof in de Heere Jezus Christus en u zult behouden worden. Stel niet uit tot morgen of later maar doe dit nu voordat het te laat is!!!

Judas vers 12

Dezen zijn vlekken in uw liefdemaaltijden, en als zij met u ter maaltijd zijn, weiden zij zichzelven zonder vreze; zij zijn waterloze wolken, die van de winden omgedreven worden; zij zijn als bomen in het afgaan van den herfst, onvruchtbaar, tweemaal verstorven, en ontworteld;

Vers 12: Liefdemaaltijden! Wat is dit? In het Grieks heet het agapais;dat is, liefden. Zo werden genoemd de maaltijden, die deze Joodse gelovigen in Christus plachten met elkander tot versterking der liefde hielden. De vlekken zijn de ongelovigen die ingeslopen waren binnen deze gemeenschap van gelovigen en hielden met hen de maaltijd. Zij deze ongelovigen vullen en mesten zichzelf met gulzigheid en overdadigheid vullen. Wij lezen in verband met dit vers het volgende vers in Ezechiel 34 vers 2 waar staat geschreven het volgende: Mensenkind, profeteer tegen de herders van Israel, profeteer en zeg tot hen, tot de herders: Alzo zegt de Heere Heere: Wee de herders Israels die zichzelf weiden, zullen niet de herders de schapen weiden? Zonder vrees. Wat betekent dit dan? Antwoord is dat ze namelijk dat zij niet bang zijn om door God gestraft te zullen worden of dat zij zich schamen voor mensen omdat dit een schande is. Kortom zij hebben geen ontzag voor God noch voor mensen. Deze ongelovige mensen zijn als waterloze wolken die van de winden omgedreven worden. Wat betekent dit: er zit geen echt leven in hen. Zij dragen niet bij aan een gezonde geestelijke gemeenschap wat we hier lezen. Deze ongelovigen zijn als bomen die hun blad verliezen in de herfst. Dat is, ganselijk noch vruchten noch bladeren hebben. En zij zijn dood door hun misdaden en zonden maar niet alleen dat maar ook voor eeuwig dood zoals een boom die ontworteld raakt als hij dood is. 

Judas vers 13

Wilde baren der zee, hun eigen schande opschuimende; dwalende sterren, denwelken de donkerheid der duisternis in der eeuwigheid bewaard wordt.

Vers 13: Het gaat in dit vers nog steeds over de ongelovigen die binnengeslopen waren tussen de gelovige Joden waarnaar Judas schrijft. Het beging met wilde baren. Wat betekent dit wilde baren? Dat is, onstuimig, wreed. Dit zijn onstuimige en wrede mensen. Hun schande opschuimende. Wat betekent dit? Dat is, als schuim en vuiligheid uitwerpende, namelijk hun onstuimige, vuile en lasterlijke woorden en schandelijke daden. Het volgende is dwalende sterren. Wat is dat? Omdat haar loop niet eenparig is met de andere sterren dan zijn dit dwalende sterren. Daarbij vergelijkt Judas hij hun telkens veranderende in gedrag of denkwijze.  Voor hen, deze ongelovigen wacht de duisternis in der eeuwigheid. Wat een vreselijke plaats zal dat zijn waar geen licht meer zal zijn en dat zij dag en nacht gepijnigd zullen worden. In 2 Petrus 2 vers 17 lezen wij in verband hiermee het volgende: Deze zijn waterloze fonteinen, wolken van een draaiwind gedreven, denwelken de donkerheid der duisternis in der eeuwigheid bewaard wordt. Broeders en zusters in onze Heere: wij mogen elke dag God danken dat wij zijn getrokken uit de duisternis en overgezet zijn in het koninkrijk van de Zoon Zijner liefde. Kolossensen 1 vers 13 zegt ons: Die ons (God) getrokken heeft uit de macht der duisternis, en overgezet heeft in het Koninkrijk van den Zoon Zijner liefde;

En wij hebben de vergeving van al onze zonden door het bloed van Jezus Christus. Wat een liefdevolle God hebben wij! Laten wij Hem prijzen en danken hiervoor! Efeze 1:17 en Kolossensen 1:14. 

Judas vers 14

 En van dezen heeft ook Enoch, de zevende van Adam, geprofeteerd, zeggende: Ziet, de Heere is gekomen met Zijn vele duizenden heiligen;

Vers 14: Enoch profeteerde. Hij sprak tot de mensen Gods Woord! De zevende betekent hier: Namelijk Adam meegerekend, aldus: Adam, Seth, Enos, Kenan, Mahalaleël, Jered, Henoch.  In Genesis 5: 18-24: En Jered leefde honderd twee en zestig jaren, en hij gewon Henoch. En Jered leefde, nadat hij Henoch gewonnen had, achthonderd jaren; en hij gewon zonen en dochteren.  Zo waren al de dagen van Jered negenhonderd twee en zestig jaren; en hij stierf. En Henoch leefde vijf en zestig jaren, en hij gewon Methusalach.  En Henoch wandelde met God, nadat hij Methusalach gewonnen had, driehonderd jaren; en hij gewon zonen en dochteren. Zo waren al de dagen van Henoch driehonderd vijf en zestig jaren.  Henoch dan wandelde met God; en hij was niet meer; want God nam hem weg. Henoch wandelde met God en bracht het Woord van God want we lezen hier dat hij profeteerde dat de Heer zal komen met Zijn vele duizenden heiligen. Waar? Op aarde is het antwoord. Deze profetie staat nergens in de Schriften van het Oude Testament beschreven, maar schijnt van mond tot mond onder de Joden overgeleverd te zijn, en heeft God door Judas deze laten opschrijven onder de heilige Schriften. 

Judas vers 15

 Om gericht te houden tegen allen, en te straffen alle goddelozen onder hen, vanwege al hun goddeloze werken, die zij goddelooslijk gedaan hebben, en vanwege al de harde woorden, die de goddeloze zondaars tegen Hem gesproken hebben.

Vers 15: Judas gaat hier verder wat Henoch profeteerde dat de Heere zal oordelen over  de goddelozen Dit profeteerde Judas. Gericht houden betekent in het Grieks te doen, of oordeel te vellen. Tegen allen: Namelijk ongelovige en onboetvaardige zondaren. Want hier wordt gesproken van het oordeel van verdoemenis. In Johannes 5 vers 24 lezen wij het volgende: Voorwaar, voorwaar zeg Ik u: Die Mijn woord hoort, en gelooft Hem, Die Mij gezonden heeft, die heeft het eeuwige leven, en komt niet in de verdoemenis, maar is uit den dood overgegaan in het leven.  Te straffen: Grieks te bestraffen of te overtuigen. Goddelozen hier betekent: Dat is die onder hen in goddeloosheid uitmunten en de Godzaligen lasteren, vervolgen en verdrukken. 

Judas vers 16

 Deze zijn murmureerders, klagers over hun staat, wandelende naar hun begeerlijkheden; en hun mond spreekt zeer opgeblazen dingen, verwonderende zich over de personen om des voordeels wil.

Vers 16: Weer deze zijn: dit zijn de ongelovigen. Zijn mopperen en klagen over hun leven en wandelen in de begeerlijkheden van hun vlees. Zij zijn de kinderen der ongehoorzaamheid, kinderen des toorns. Efeze 2 vers 3 Hun mond is een geopend graf, met hun tongen  plegen zij bedrog: slangenvernijn is onder hun lippen. Zij spreken met hun mond zeer opgeblazen dingen. Verwonderende: Dat is, als met een verwondering prijzende en pluimstrijkende de personen die om hun rijkdom of macht in aanzien zijn, en hun bevordelijk kunnen wezen.

Judas vers 17

Maar geliefden, gedenkt gij der woorden, die voorzegd zijn van de apostelen van onzen Heere Jezus Christus;

Vers 17: Wat Judas hier eigenlijk tot de Joodse gelovigen zegt die hij geliefden noemt in Christus is dat ze niet moeten kijken naar deze ongelovigen die  murmureerders zijn of wat zij zeggen maar behoren te gedenken de woorden die hen zijn gezegd door de apostelen van onze Heere Jezus Christus want dat is Gods Woord Het is dus een vermaning van Judas.  Wie zijn die apostelen waar Judas het over heeft? Antwoord: de 12 apostelen. Judas was een apostel van Jezus Christus in de tweede plaats. Hij heeft het over de apostelen. Of hij daarmee ook Paulus bedoelt is niet geheel duidelijk. De apostel Petrus verwijst wel in 2 Petrus 3 vers 15 naar de apostel Paulus:  En acht de lankmoedigheid onzes Heeren voor zaligheid; gelijkerwijs ook onze geliefde broeder Paulus, naar de wijsheid, die hem gegeven is, ulieden geschreven heeft;  Gelijk ook in alle zendbrieven, daarin van deze dingen sprekende; in welke sommige dingen zwaar zijn om te verstaan, die de ongeleerde en onvaste mensen verdraaien, gelijk ook de andere Schriften, tot hun eigen verderf.

Judas vers 18

Dat zij u gezegd hebben, dat er in den laatsten tijd spotters zullen zijn, die naar hun goddeloze begeerlijkheden wandelen zullen.

Vers 18: De apostelen hadden deze gelovige Joden verteld dat in de laatste tijd spotters zullen zijn. Dit zijn goddelozen die naar hun eigen goddeloze begeerlijkheden wandelen. Van welke laatste tijd spreekt Judas tegen hen? Het is de tijd van de Grote Verdrukking waarnaar hij verwijst. Goddeloze: Grieks begeerlijkheden der goddeloosheden. Dit zullen de ongelovigen doen in die tijd: spotten met God en naar hun eigen begeerlijkheden wandelen. Natuurlijk onder deze bedeling van Gods Genade Efeze 3:1-3 waaronder wij leven broeders en zusters doen de ongelovigen in deze wereld hetzelfde en zij kunnen ook niet anders want zij hebben de Geest van God niet. Wij, leden van het Lichaam van Christus kunnen kiezen: of de zonde dienen of God dienen want wij hebben de Geest van God.  In de tijd van de Grote Verdrukking mogen de gelovigen in Christus die dan leven volharden in het geloof tot het einde toe, todat Christus op aarde zal zijn en Hij het Koninkrijk zal bevestigen op aarde. Zij mogen niet afvallen van het geloof in Christus. Het is dus een waarschuwing dit vers voor hen om hen ook te herinneren wat ze al gehoord hebben van de apostelen dat dit zal gebeuren in de tijd net voordat Christus als Koning terugkeert op aarde. 

Judas vers 19

Dezen zijn het, die zichzelven afscheiden, natuurlijke mensen, den Geest niet hebbende.

Vers 19: Dezen zijn het. Dezen zijn de spotters die in de laatste tijd zullen zijn, goddeloze mensen die naar hun eigen begeerlijkheden wandelen. Wat betekent die zichzelf afscheiden? Afscheiding kan betekenen namelijk van de heilige vergaderingen der gelovigen. Of scheiding en scheuring veroorzaken tussen deze gelovige Joden in Christus. Het zijn natuurlijke mensen. Wat betekent dit? In het Grieks betekent dit ziekelijke, door de zondeval de mens zonder God. We lezen in I Korinthe 2 ver 14 het volgende: Maar de natuurlijke mens begrijpt niet de dingen die des Geestes Gods zijn; want zij zijn hem dwaasheid, en hij kan ze niet verstaan, omdat zij geestelijk onderscheiden worden. De Geest van God, dit is den Geest der wedergeboorte; hetwelk daaruit blijkt. Omdat hun vleselijke begeerlijkheden in hen de overhand hebben en heersen; wat niet geschiedt in degenen die den Geest der wedergeboorte hebben. In degenen die de Geest van God hebben, de Geest der wedergeboorte in de toekomst kan de vleselijke begeerlijkheden nooit de overhand hebben en over hen heersen. 

Wij als leden van het Lichaam van Christus 1 Korinthe 12 vers 27 hebben ook de Geest van God. Daarmee zijn wij verzegeld. Echter wij kunnen wel zondigen en wij kunnen net als de gelovigen te Korinthe wel naar de vleselijke begeerlijkheden wandelen. We zijn wel bevrijd van de zondemacht , dit wil niet zeggen dat we niet kunnen zondigen.  Daarom zegt de apostel Paulus ook tot ons in Romeinen 13 vers 14: Maar doet aan de Heere Jezus Christus en verzorgt het vlees niet tot begeerlijkheid. 

Judas vers 20
Maar geliefden, bouwt gij uzelven op uw allerheiligst geloof, biddende in den Heiligen Geest

Vers 20: Maar. Er is een verandering hier want wat geschreven is in vers 19 over de ongelovigen geldt niet voor deze gelovige Joden in Christus. Judas zegt hier tegen deze gelovige Joden: maar geliefden. Hij vermaant ze dat zij zichzelf opbouwen in het allerheiligst geloof in Christus. Nog verder uitgelegd: Dat is, op het vertrouwen dat gij hebt op den Zaligmaker Jezus Christus, om dat te behouden, daarin toe te nemen. Maar zonder geloof is het onmogelijk Gode te behagen. Want die tot God komt, moet geloven, dat Hij is, en een Beloner is dergenen, die Hem zoeken zegt ons Hebreeen 11 vers 6! Biddende in de Geest van God, niet de geest van de natuurlijke mens want de ongelovigen bidden ook wel eens maar tot wie? Ze weten het zelf ook niet tot wie ze bidden en doen dit allemaal in eigen kracht. Hier wordt de gelovige Joden vermaant om te bidden in de Heilige Geest van God. 

Judas vers 21

 Bewaart uzelven in de liefde Gods, verwachtende de barmhartigheid van onzen Heere Jezus Christus ten eeuwigen leven

Vers 21 Ondanks alle verdrukkingen die deze gelovige Joden behoren te ondergaan in de Grote Verdrukking in de toekomst behoren zij zichzelf te bewaren in de liefde van God. Wat is die liefde van God? Dat is de liefde die Hij heeft bewezen in Christus. Zij moeten zichzelf bewaren in Christus. Zij moeten blijven geloven in Christus tot het einde van de Grote Verdrukking en zij verwachten de barmhartigheid van de Heere Jezus Christus ten eeuwigen leven. Het is dus geloof en werken mijn broeders en zusters wat zij behoren te doen. Dit zal dan heel zwaar zijn. Wij, leden van het Lichaam van Christus onder deze bedeling van Gods Genade Efeze 3:1-3 zijn gered door Gods Genade door het geloof van onze Heere Jezus Christus. Wij hebben het eeuwige leven in Christus reeds toen wij Hem aannamen als persoonlijk Verlosser. Romeinen 6 vers 23 zegt ons: Want de bezoldiging der zonde is de dood, maar de genadegift Gods is het eeuwige leven, door Jezus Christus, onze Heere. En Efeze 2 vers 1 zegt ons: En u heeft Hij mede levend gemaakt, daar gij dood waart door de misdaden en de zonden en in vers 5 en 6 lezen wij : Ook toen wij dood waren door de misdaden, heeft ons levend gemaakt met Christus; en heeft ons mede opgewekt, en heeft ons mede gezet in de hemel in Christus Jezus. Deze teksten zeggen ons als gelovigen vandaag de dag dat wij het eeuwige leven al hebben in Christus. 

Judas vers 22

En ontfermt u wel eniger, onderscheid makende;

Vers 22: Ontfermt u wel eniger. Wat betekenen deze woorden? Dat is, bestraf en vermaan enigen uit barmhartigheid en medelijden over hun zwakheid, namelijk die uit zwakheid zondigen en niet moedwillig zondigen. Onderscheid makende. Wat betekent dit? Namelijk tussen zwakken en moedwilligen, tussen leerzamen en hardnekkigen.  Dat de vermaningen en/of bestraffingen naar elks gelegenheid met zachtheid of met hardheid te doen, om hen te beter te winnen voor God om niet te zondigen. Dit behoren degenen die sterk zijn en volhardend zijn onder hen te doen. 

Judas vers 23

Maar behoudt anderen door vreze, en grijpt ze uit het vuur; en haat ook den rok, die van het vlees bevlekt is.

Vers 23: Wat betekent dit behoudt anderen door vreze? Antwoord is Dat is, zoekt hen te behouden met goede vermaningen zodat ze tot inkeer komen en tot God komen. Anderen hier zijn namelijk die moedwillig of hardnekkig zijn. Grijpt ze uit het vuur: Dat is, trekt hen zonder twijfel uit het openbaar gevaar van de zaligheid te verliezen, gelijk men doet als iemand in het vuur gevallen is, dan probeert men ook iemand te redden en EHBO toe te passen.  Want een bekeerd zondaar is als uit het helse vuur getrokken. Het is een kwestie dan van leven of dood.  Haat ook de rok. Wat betekent dit? Dat is niet alleen de onkuisheid: dat is een handeling of uiting die ingaat tegen de seksuele moraal zoals ontucht en andere zonden zelf (bijvoorbeeld vloeken, bloedvergieten moorden) maar ook wat daarmee enige gemeenschap heeft. Die van het vlees bevlekt is: de zonden die in het vlees gedaan worden en dat is onreinheid. 

Judas vers 24

Hem nu, Die machtig is u van struikelen te bewaren, en onstraffelijk te stellen voor Zijn heerlijkheid, in vreugde,

Vers 24: Op het einde van zijn brief komt Judas met het feit dat God machtig is deze gelovige Joden te bewaren dat ze niet zullen struikelen. Alleen moeten ze dit ook echt willen. Ze moeten blijven geloven in God en dan is Hij machtig hen van struikelen te bewaren zodat zij niet zondigen. Struikelen is te stoten of te mistreden. En God zal hen onstraffelijk stellen voor Zijn heerlijkheid in vreugde. Dit zal Hij doen als zij maar volharden tot het einde, als zij maar blijven geloven dan zal Hij God, hen onstraffelijk stellen voor Zijn heerlijkheid in vreugde. In Hebreen 10 vers 26 en 27 staat geschreven: Want zo wij willens zondigen, nadat wij de kennis der waarheid ontvangen hebben, zo blijft er geen slachtoffer meer over voor de zonden maar een schrikkelijke verwachting des oordeels, en hitte des vuurs, dat de tegenstanders zal verslinden. De gelovigen in de tijd van de Grote Verdrukking behoren niet willens te zondigen: dit is zondigen tegen de wil van God, tegen beter in, expres. 

Wij als leden van het Lichaam van Christus onder deze Bedeling van Gods Genade zijn uit Genade uit het geloof gered Efeze 2:8-9. Als wij ontrouw zijn Hij blijft getrouw, Hij kan Zichzelf niet verloochenen. Voor Hem zijn wij onstraffelijk in Zijn Zoon Jezus Christus. Wij hebben de zekerheid als leden van het Lichaam van Christus onstraffelijk te zijn tot de dag van onze Heere Jezus Christus. Dit is de dag van de opname. Laat ons lezen I Korinthe 1 vers 8: Welke God u ook zal bevestigen tot het einde toe, om onstraffelijk te zijn in den dag van onzen Heere Jezus Christus. Voor God zijn wij onstraffelijk en wij mogen danken dat wij onstraffelijk zijn voor Hem in de liefde van Christus. Hier in dit vers is het voor de Joden in de toekomst in de Grote Verdrukking een voorwaarde als zij vasthouden aan het geloof in Christus en daar niet van zullen afwijken. God stelt voor ons geen voorwaarden want het is nu alleen geloven in Christus als Verlosser en je bent gered en wij mogen in Zijn werk wandelen wat Hij heeft voorbereid Efeze 2 vers 10. 

Judas vers 25

Den alleen wijzen God, onzen Zaligmaker, zij heerlijkheid en majesteit, kracht en macht, beide nu en in alle eeuwigheid. Amen.

Vers 25: De alleen wijze God en Zaligmaker. Hij is alleen wijs en wijzer dan de wijste man op aarde! Hij is in Christus de Zaligmaker van deze gelovige Joden hier in dit vers. Ook voor ons als leden van het Lichaam van Christus is Hij onze Zaligmaker in Christus. Hem zij de heerlijkheid en majesteit. Dit laat zien God's heerlijkheid en majesteit in Christus. Christus Die later als Koning gaat regeren over de gehele aarde vanuit Jeruzalem. God is krachtig en machtig. Veel krachtiger en machtiger dan welke mens ook hier op aarde. Beide is Hij , krachtig en machtig. Hij is almachtig en in alle eeuwigheid. Hij is van eeuwigheid tot eeuwigheid. Er is aan Hem geen begin en ook geen einde. In het Grieks staat er in al de eeuwen.