Waterdoop en de tekenen
Markus 16:14-18
Vertaald vanuit het Engels
Markus 16:16:
“Die geloofd zal hebben, en gedoopt zal zijn, zal zalig worden; maar die niet zal geloofd hebben, zal verdoemd worden”
Dit vers maakt duidelijk dat geloof en waterdoop vereist werden om behouden te worden. Er staat niet, zoals sommigen graag willen geloven: “Hij die gelooft, en behouden is, zal gedoopt worden”
Merk op dat Christus dit evangelie “AAN ONS BEVESTIGD GEWORDEN VAN DEGENEN DIE HEM GEHOORD HEBBEN, GOD BOVENDIEN MEDEGETUIGENDE DOOR TEKENEN EN WONDEREN EN MENIGERLEI KRACHTEN”, Hebreeen 2:3-4, vertelde aan de elf discipelen, vers 14
In vers 17 lezen we
een profetie, en deze wordt al vervuld in Handelingen 3:7-9, 5:16, 6:8, 9:34. Lees ook Handelingen 8:7, 16:18, 19:11-12, Handelingen 2: 4-11 (zoals geprofeteerd in Joel 2:28-29) en 19:6. Zie ook Handelingen 28:3-5 en 8-9.
Wanneer we deze schriften nauwkeurig bestuderen, merken we op dat tekenen, het geloof en de doop volgden, Handelingen 2, zelfs tot Handelingen 19: 5-6. Als we het boek Handelingen zorgvuldig bestuderen merken we op dat de waterdoop, de tekenen en het Evangelie van het Koninkrijk met elkaar in verband staan. Alleen na Handelingen 28: 28 wordt het Evangelie van het Koninkrijk niet meer gepredikt, maar in plaats daarvan het Evangelie van behoudenis door genade alleen, de openbaring van het geheimenis (betreffende het lichaam van Christus) opgedragen aan de apostel Paulus, de apostel van de heidenen. Nu vinden we geen tongentaal meer, geen genezingen, opwekkingen van de doden, en geen waterdoop. Efeze 4:5.
We concluderen vanuit de Schrift dat waterdoop en tekenen behoorden tot de periode waarin het Evangelie van het Koninkrijk gepredikt werd, tijdens de Handelingenperiode.