7



FUNDAMENTELE BIJBELSE FEITEN





DIE IEDERE GELOVIGE ZOU MOETEN





WETEN





EN GELOVEN



Door R.C. Brock

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

  

 

FEIT 1 - De Bijbel moet rechtgesneden worden, om goed begrepen te kunnen worden. In II Timotheüs 2:15 staat geschreven: 

"Benaarstig u om uzelven Gode beproefd voor te stellen, een arbeider die niet beschaamd wordt, die het woord der waarheid recht snijdt."

Dit is één van de belangrijkste regels om de gehele Bijbel te kunnen begrijpen. Als we deze regel niet toepassen of verkeerd gebruiken, leidt het tot VERWARRING; en God is geen God van verwarring, I Korinthe 14:33.

Er zijn twee verschil­lende programma's in de Bijbel: ten eerste Gods plan met Israël en de wereld volgens profetie, en ten tweede Gods plan met de heidenen in deze tijd volgens het geheimenis, geopenbaard aan Paulus. God wil niet dat we deze twee programma's met elkaar verwarren. Hij heeft ons de sleutel gegeven om dit goed te kunnen begrijpen.

 

FEIT 2 - Het is heel belangrijk om de Paulinische waarheid in de Bijbel te onderscheiden. De Here Jezus openbaarde Zijn hart en gedach­ten aan de apostel Paulus:

 "Want ik maak u bekend broeders, dat het evangelie hetwelk door mij verkon­digd is, niet is naar de mens, want ik heb het ook niet van een mens ontvangen of geleerd maar door OPENBARING VAN JEZUS CHRISTUS", Galaten 1:11-12.

 "Indien gij maar gehoord hebt van de bedeling der genade Gods, die mij gegeven is aan u. Dat Hij mij door openbaring heeft bekendgemaakt deze verborgenheid," Efeze 3:2,3.

Dit bewijst ook gelijk dat Paulus niet predikte wat de twaalf apostelen predikten, nee integendeel, hij ging naar Jeruzalem om hen te VERTELLEN over het speciale Evangelie van Genade, dat Christus hem had gegeven, Galaten 2:2. Hij predikte Jezus Christus naar de OPENBARING VAN HET GEHEIMENIS, Romeinen 16:25; Efeze 3:9. Hij was en is de apostel van de heidenen en verheerlijkt zijn taak, Romeinen 11:13.

  

FEIT 3 - Het evangelie waartoe wij behoren wordt genoemd: "het evangelie der genade Gods."

"Maar ik acht op geen ding, noch houd mijn leven dierbaar voor mijzelf, opdat ik mijn loop met blijdschap mag volbrengen, en de dienst, welke ik van de Heere Jezus ontvangen heb, om te betuigen het Evangelie der genade Gods." Handelingen 20:24.

Dit is Gods enige boodschap voor de verlorenen in deze tijd. We moeten Paulus navolgen, "gelijk ook ik Christus navolg", I Korinthe 11:1. Alleen in zijn brieven kunnen we de leer, positie, wandel en bestemming van de gelovigen vinden.

Enkele andere aspecten van genade zijn:

1. We zijn gered door GENADE, Efeze 2:8,9

2. We zijn om niet gerechtvaardigd uit Zijn GENADE, Romeinen 3:24,  Titus 3:7

3. Zijn GENADE is voor ons genoeg, II Korinthe 12:9

4. We zijn niet onder de wet, maar onder de GENADE, Romeinen 6:14,15

5. Dit is de tijd van GENADE, Efeze 3:2

  

FEIT 4 - De Bijbel leert duidelijk dat waterdoop een onderdeel was en is van de Joodse religie, Hebreeen 6:1,2, 9 en 10. Dit was nodig om vergeving van zonden te ontvangen, en gebeurde door besprenkeling met water, Markus 1:4, Handelingen 2:38 en Ezechiël 36:25.

 In deze tijd is er sprake van één doop, en geen twee: "Eén God, één geloof, één doop", Efeze 4:5. Deze doop plaatst de gelovige, door de Heilige Geest, in de gemeente, het lichaam van Christus. "Want door één Geest zijn wij allen tot één LICHAAM GEDOOPT, hetzij Joden, hetzij Grieken, hetzij dienstknechten, hetzij vrijen; en wij zijn allen tot één Geest gedrenkt." I Korinthe 12:13. Deze doop vindt plaats op het moment dat iemand de Here Jezus aangenomen heeft als zijn persoonlijke Verlosser, en daardoor behouden wordt.

De apostel Paulus werd niet gezonden om te dopen met water:

 "Want Christus heeft mij niet gezonden, om te dopen, maar om het Evangelie te verkondi­gen; niet met wijsheid van woorden, omdat het kruis van Christus niet verijdeld worde." I Korinthe 1:17.

 Deze verklaring was noodzakelijk, omdat er een verandering in Gods plan plaatsvond. We hoeven ons in deze tijd niet met water te laten dopen. Dit is geen deel van Gods programma voor ons vandaag, en het veroorzaakt alleen maar verwarring.

 

FEIT 5 - We moeten de tweevoudige bediening van onze Here Jezus begrijpen. Tijdens Zijn aardse bediening predikte Hij uitsluitend tot Israël:

"Hij echter antwoordde en zeide: Ik ben niet gezonden dan tot de verloren schapen van het huis Israëls", Mattheüs 15:24.

Zijn gehele bedie­ning tot de natie stond in het teken van de wet van Mozes, Mattheüs 5:17, Galaten 4:5,7. Gelovigen leven nu niet meer onder de wet, dus we leven ook niet meer volgens die leerstellingen.

De Heere Jezus oefent Zijn tegenwoordige bediening uit vanuit de hemelse gewesten, volgens hetgeen Hij geopenbaard heeft aan de apostel Paulus. Hij redt mensen door middel van Zijn genade-evangelie. Hij zit ter rechterhand Gods en pleit voor ons, Romeinen 8;34. Wij, gelovigen, leven nu volgens de brieven van Paulus. Dat wil natuurlijk NIET zeggen dat we de rest van de Bijbel niet moeten lezen. Alles is VOOR ons geschreven, maar niet alles is TOT ons geschreven. We lezen de gehele Bijbel in het licht van de brieven van Paulus.

 

FEIT 6 - Tekenen behoren tot de natie Israël en haar religie:

 "Over­mits de JODEN een TEKEN begeren en de Grieken wijsheid zoeken", I Korinthe 1:22.

In tongen spreken is een TEKEN:

"Zo dan, de vreemde talen zijn tot een teken niet degenen, die geloven, maar de ongelovigen", I Korinthe 14:22.

In Jezus' dagen werden degenen die naar tekenen zochten "Een boos en overspelig geslacht" genoemd, Mattheüs 12:39. De acht wonderen in het evangelie naar Johannes zijn eigenlijk TEKENEN, inklusief de opstanding uit de dood van Lazarus. In de opdracht van Markus 16:15-18 wordt de waterdoop verbonden met TEKENEN.

Dit wordt benadrukt in het boek Handelingen, want overal waar waterdoop wordt vermeld, wordt ook in hetzelfde hoofdstuk een TEKEN beschreven.

Deze tegenwoordige tijd is een tijd zonder tekenen. Wij zijn gezegend met alle GEESTELIJKE zegeningen in de hemelse gewesten in Christus, Efeze 1:3. Hier moet de gelovige de nadruk op leggen.

FEIT 7 - De OPDRACHT van het lichaam van Christus staat in de volgende verzen: II Korinthe 5:14-21 ( Verzoening met Christus) en in Efeze 3;9 (in het licht stellen wat het geheimenis inhoudt). De opdracht van het Konink­rijk in Mattheüs 28:19-20 en Markus 16:15-18, behoort niet tot Gods huidige doel. De boodschap van verzoening is aan ons, het lichaam van Christus, toevertrouwd.

RESULTATEN:

1. De gelovige zal de diepe rijkdommen van God beginnen waar te nemen en te omvatten, I Korinthe 2:10-12 en Efeze 3:8.

2. Er zal een wonderbare groei plaatsvinden in zijn geestelijke rijpheid en volwassenheid, Efeze 4:12-15

3. Hij zal een getrouw dienaar van Christus worden met betrekking tot de geheimenissen van God, I Korinthe 4:1,2

4. Hij zal Bijbelse antwoorden weten, op door satan veroorzaakte valse leringen zoals Jehova's getuigen, Mormonen, Christian Scientists enz. Zij allen ontlenen sommige aspecten aan de Joodse religie.

5. Er zal een grote opwekking plaatsvinden als gelovigen terug zullen gaan naar de Paulinische waarheid.

 

Tot slot: mijn vriendals u niet gered bent, weet dat de Genade van God u uitno­digt om de Heere Jezus als uw persoonlijke Verlosser aan te nemen. U bent een zondaar en u heeft Christus nodig als uw Verlosser, Romeinen 3:22. Hij stierf voor u en mijn zonden aan het kruis op Golgotha! Ja in onze plaats stierf Hij aan het kruis! Nam onze straf op Zich! Neem Hem aan als uw Verlosser en u zult met Hem in eeuwigheid leven! Doe dit vandaag nog, niemand weet of het morgen nog kan!